Kleine held

Flair

SOFIE (30) LAAT KLEERTJES MAKEN VOOR PREMATUURTJES EN ZIEKE PASGEBORENEN

‘Zwanger worden van onze oudste dochter Elize ging niet zonder slag of stoot. Daarom lieten mijn man Dimitri en ik voor ons tweede kindje de natuur haar gang gaan. En dat zorgde voor een grote verrassing. Amper drie maanden na de geboorte van Elize was ik opnieuw zwanger, van een tweeling. Dat was even schrikken, maar de kindjes waren meer dan welkom. Toen ik negen weken zwanger was, bleek dat een van de vruchtjes het niet had gehaald. Dat was een teleurstelling, maar we prezen ons ook gelukkig dat het tweede kindje wel nog groeide. Alles liep goed tot ik 26 weken zwanger was. Ik kreeg plots wee­ en en begon vruchtwater te verliezen. De dokter slaagde erin om de weeën te doen stoppen met weeënremmers, maar zor­ geloos is de zwangerschap daarna nooit meer geweest. De gynaecoloog had op 18 weken al vastgesteld dat Noor klompvoetjes had. Maar dat zou perfect te behandelen zijn. Uiteinde­lijk ben ik toch met een spoedkeizersne­ de bevallen op 32 weken en 3 dagen. Ik was naar het ziekenhuis gegaan omdat ik vreesde dat ik een zwangerschaps­ vergiftiging had opgelopen. En in het ziekenhuis zakte de hartslag van Noor op een bepaald ogenblik zo snel dat ze meteen geboren moest worden.’

TERUGHALEN UIT NIEMANDSLAND

‘Vlak na de geboorte had ik Noor horen wenen en ze kwamen haar ook even tonen. Met haar 1,600 kilo was ze erg klein, maar haar longetjes en hart deden het goed. Ze moest alleen nog een paar weken aansterken en daarna zou ze mogen meekomen naar huis. Maar zodra de beademingsballon werd weggehaald, wilde Noor niet zelfstandig ademen. De artsen dachten aan het Pierre Robin-syndroom, een aandoening waarbij de tong naar achteren valt en zo de luchtwegen blokkeert. Het eerste beeld van ons dochtertje, met al die kabeltjes en buisjes, was verschrikkelijk. Maar toch zijn we altijd in haar blijven geloven. De dagen die volgden waren heel zwaar. Noor deed het ene na het andere alarm afgaan, de dokters hebben haar verschillende keren moeten terughalen uit niemandsland.
Ik heb Noor pas voor het eerst mogen vasthouden toen ze al drie weken oud was. Een moment dat ik nooit meer
zal vergeten. Het was dus zeker niet allemaal kommer en kwel. Noor kende ook veel goede momenten. Ogenblikken waarop we eindeloos konden knuffelen, ze met haar zusje kon spelen, we haar zonder kabeltjes in bad mochten zetten… Maar de situatie van Noor
bleef onstabiel, en zo werd uiteindelijk ontdekt dat ze leed aan het Möbius- syndroom. Tijdens de bevloeiing van de hersenstam was er iets fout gelopen, waardoor Noor zo veel problemen had met ademen en slikken.’

DE KERS OP DE TAART

‘Toen Noor drie maanden oud was, wilde ze nog steeds niet zelfstandig ademen en spraken de dokters voor het eerst uit dat ze het moeilijk zou krijgen. Als laatste redmiddel probeerden de dokters twee maanden later nog een canule te plaatsen, maar na die ingreep lag Noor te trappelen van de pijn. Op haar gezichtje parelden zweetdruppeljes omdat het haar zo veel moeite koste om nog een klein beetje te kunnen meeademen met de machine. Een verschrikkelijk moment dat mij tot het schokkende besef deed komen dat Noor geen waardige toekomst meer had. Als mama wilde ik haar natuurlijk voor eeuwig bij mij houden. Maar we moesten aan háár denken, en konden haar niet langer laten afzien.

‘Als mama wilde ik Noor eeuwig bij mij houden. Maar we moesten aan háár denken, en konden haar niet langer laten afzien.’

In samenspraak met de dokter besloten we uiteindelijk om Noor te laten gaan. Een precieze dag hebben we daarvoor nooit gekozen. Ik voelde gewoon op een ochtend dat het zover was. We mochten haar nog een hele dag in de armen houden, hebben nog zo veel mogelijk foto’s gemaakt en hebben samen met haar proberen te genieten. Uiteindelijk is ze zachtjes in mijn armen ingeslapen. In haar lievelingsdekentje, gekleed in haar mooiste jurkje met zonnebloemen, heb ik haar buitendragen en hebben we haar in onze nieuwe auto gezet, die we speciaal voor haar hadden gekocht. Heel even is Noor nog bij ons thuis binnen geweest, daarna is ze verhuisd naar de begrafenisondernemer, waar we haar kinderkamertje hadden geïnstalleerd. Op haar overlijdensbericht en herdenkingsprentje prijkten dezelfde kersen als op haar geboortekaartje. Want Noor bleef nu eenmaal onze kers op de taart.’

‘De verhalen die ik te horen krijg via Kleine Held zijn zwaar, maar het werk dat we doen blijft de moeite.’

KLEINE HELD

‘Mooie en vooral praktische kleertjes vinden voor Noor als prematuur tje was altijd moeilijk geweest. Een maand na haar heengaan begon ik daarom zelf kleertjes voor prematuurtjes te maken. Ik werd zelfstandige, nam een professionele naaister onder de arm en begon uit te kijken naar bestaande collecties die ik zou kunnen invoeren.

Ik had een gat in de markt gevonden en boekte succes. Maar het voelde niet goed aan dat ik geld zou verdienen door de dood van mijn dochter. Daarom ben ik met alles gestopt en heb ik uiteindelijk de vzw Kleine Held opgericht. Deze vereniging draait volledig op vrijwilligers en maakt gratis setjes met prematuurkleertjes, couveusedekentjes en wikkeldekentjes voor prematuurtjes en zieke pasgeborenen. Op die manier willen we hen een lichtpuntje schenken in een emotioneel zware periode, en hen steun bieden. Want niemand begrijpt hen beter dan iemand die hetzelfde heeft meegemaakt. Een aanvraag voor sterrenkindjes verwijzen we door naar het Berrefonds. Zij schenken herinneringsdozen aan ouders die een kindje hebben moeten afgeven.

De verhalen die ik te horen krijg via Kleine Held katapulteren me steevast terug naar onze eigen emotionele rollercoaster, en dat maakt het emotioneel nog altijd erg zwaar voor mij. Maar de reacties van de mensen die een pakketje van ons krijgen is meestal zo hartverwarmend, dat het voor mij de moeite waard blijft. Dankzij Kleine Held kan Noor nu blijven verder leven, en daar trek ik mij aan op. Zestien maanden geleden is ons jongste dochtertje Ella geboren. Met drie kindjes is ons gezin nu compleet. Noor blijft voor altijd deel uitmaken van ons gezin. Zij is mijn grootste inspiratiebron en kracht. Grote zus Elize vertelt nog regelmatig over haar zusje. En ook regenboogzusje Ella zullen we met veel trots en liefde vertellen over sterrenzusje Noor. We kijken weer met goede moed de toekomst tegemoet.’

Vergelijkbare berichten